Duiventillen
In het centrum van Rotterdam doet de gemeente, samen met ondernemers en de Dierenbescherming, een proef met duiventillen. In het centrum en ook in enkele andere gebieden is het verboden om vogels te voeren.
Stadsduiven horen bij de stad. Ze voelen zich er thuis en kunnen er op eigen kracht heel goed overleven.
De duiven vinden echter zoveel extra voedsel op straat, dat de duiven zich in razend tempo voortplanten. Een te grote duivenpopulatie (groep duiven) zorgt voor overlast.
In het centrum van Rotterdam doet de gemeente samen met ondernemers en de Dierenbescherming een proef met duiventillen.
Zo wil de gemeente onderzoeken of het beheer van duiven helpt tegen de duivenoverlast.
Proef op Binnenwegplein en Stadhuisplein
Sinds 2015 is er op het Bristolpand aan het Binnenwegplein een duiventil. Sinds mei 2016 staat er ook een op het Stadhuisplein.
Daar kunnen de duiven veilig broeden en krijgen ze gezond voedsel. Als de duiven dat hebben ontdekt, gaan zij niet meer op zoek naar voedsel op straat of in winkels.
De duiventil op het Binnenwegplein werkt zoals de gemeente bedoeld heeft. Ongeveer 80 duiven komen dagelijks eten en er wordt gebroed.
Ook is de duivenpopulatie gezonder geworden. Inmiddels wordt de tweede til ook al dagelijks bezocht door duiven.
Voederverbod
In heel Rotterdam is het sinds 1 juli 2022 verboden om vogels, eenden en andere stadsdieren te voeren op openbare plaatsen in de stad. De Rotterdammer riskeert hiervoor een boete van 100 euro. Daar komt ook nog 9 euro aan administratiekosten bij.
Zieke dieren
Veel mensen voeren vogels, eenden en andere stadsdieren op openbare plaatsen in de stad. Het is goed bedoeld, maar het is ongezond voor deze dieren en het zorgt voor overlast. Dieren die je tegenkomt in de stad worden ziek van brood, rijst, pasta en ander eten dat voor mensen bedoeld is. Op etensresten komen ratten en andere dieren af. Vogelpoep vervuilt de buitenruimte en het water.
Heeft u (oud) brood of etensresten over? Gooi het in de juiste bak! Kijk voor meer informatie op Rotterdam.nl/afvalscheiden.
De gemeente doet alles wat kan om de stad zo schoon mogelijk te houden en de duivenoverlast te beperken. Maar dat kunnen wij niet alleen. Help door:
- geen voedsel op straat te gooien.
- voedsel op straat op te ruimen of aan de gemeente te melden via de pagina Meldingen.
- het begin van nesten op balkons weg te halen.
Vragen en antwoorden over de duiventillen
Boswachters en ervaren gemeentelijke plaagdierbestrijders zorgen voor het beheer van de til en de duiven. Ongezonde, zieke en verminkte duiven worden ter behandeling overgedragen aan de Vogelklas. Oude duiven zijn van harte welkom in de duiventil.
De eieren worden op een enkele uitzondering na vervangen door kalkeieren - hoeveel precies en welke, dat bepalen de verzorgers. De verwisselde eieren zijn niet te gebruiken en worden vernietigd, omdat eieren van straatduiven ziektes kunnen bevatten.
De til heeft een capaciteit van 80 duiven. In het gebied zijn twee tillen geplaatst en er komt wellicht een derde, dat is voldoende voor de duivenpopulatie in het Lijnbaangebied.
Zodra de duiven hebben ontdekt dat zij veilig en goed kunnen eten in de duiventil, zullen zij niet actief op zoek gaan naar voedsel op straat of in winkels. Om duiven naar de til te trekken en geen nieuwe duiven aan te trekken is een voorwaarde dat er geen voedsel op straat komt. Ondernemers, Dierenbescherming en de gemeente dringen er bij een ieder op aan niet te voeren.
De boete voor het voeren van dieren op openbare plaatsen in de stad is 100 euro. Daar komt nog 9 euro aan administratiekosten bij.
Sinds de plaatsing van de duiventillen in 2016 huisvesten zich daar ruim 250 duiven, waarvan er 80 geringd zijn om hiermee het gedrag van duiven te kunnen volgen. In het gebied wordt minder overlast gemeld sinds de komst van de duiventillen en er worden minder zieke duiven waargenomen. Wel blijven de voedselverkopende ondernemers met open gevels en terrassen overlast ervaren, zowel van duiven als van meeuwen.
De duiventillen zijn door de overwegend positieve resultaten een vast onderdeel van de activiteiten van Stadsbeheer. Het voortbestaan van de tillen blijft afhankelijk van de beschikbaarheid van de daken en de ontwikkelingen die er in het gebied zijn. Er wordt daarom uitgekeken naar een derde dak in het gebied.
Heeft u oud brood over? In Rotterdam maken we er energie van. Lever daarvoor uw brood in bij een van de broodbakken. Link opent een externe pagina.
Brood kunt u ook kwijt in gft-containers. In een aantal wijken van Rotterdam wordt het gfe (groente-, fruit en etensresten) al apart ingezameld. Van het gfe wordt ook compost gemaakt.
Tip: door slim om te gaan met restjes en kliekjes, hoeft u minder weg te gooien. Kijk bijvoorbeeld eens op de site van het Voedingscentrum. Link opent een externe pagina wat u met uw restjes kunt doen.