Herdenking bombardement
Op 14 mei 1940, vanaf 13.27 uur, vielen de bommen op het hart van de stad en veroorzaakten een enorme vuurzee. Bijna 900 mensen kwamen om het leven. 80.000 Rotterdammers raakten huis en haard kwijt.
Programma herdenking 14 mei
- 10.00 uur - Muzikaal ontvangst
- 10.09 uur - Woord van herdenking door burgemeester Schouten
- 10.18 uur - Muzikaal Intermezzo
- 10.21 uur - Kranslegging namens het gemeentebestuur en alle burgers van Rotterdam door burgemeester Schouten
- 10.22 uur - Signaal Taptoe
- 10.23 uur - 2 minuten stilte
- 10.25 uur - 1e couplet van het 'Wilhelmus'
- 10.26 uur - Kranslegging
- 10.30 uur - Einde herdenkingsceremonie
- 12.55 uur - Muzikaal ontvangst
- 13.03 uur - Woord van herdenking door burgemeester Schouten
- 13.11 uur - Muzikaal intermezzo
- 13.25 uur - Kranslegging namens het gemeentebestuur en alle burgers van Rotterdam door burgemeester Schouten
- 13.26 uur - Signaal Taptoe
- 13.27 uur - 2 minuten stilte - Klokken luiden in de binnenstad
- 13.29 uur - 1e couplet van het 'Wilhelmus'
- 13.30 uur - Krans-/bloemlegging
- 13.40 uur - Einde herdenkingsceremonie
Toespraken en gedichten tijdens de herdenking van 2025
Vrede is leven - Caspar en Liam
Vrede is zonder gevaar leven
en oorlog is maar voor heel even
Vrede komt niet ineens,
vrede moet je maken
Ik lig iedere dag te dromen
over vrede onder mijn laken
Misdadigers stop jullie zwaarden terug in je schede
Dan is de oorlog terug in het verleden
en dan is er vrede.
Vrede is in vriendschap leven
Dan hoef je niet voor oorlog te beven
Vrede is goed, oorlog is fout
Vrede is net als een bak goud
Oorlog is geen gebaar
Iedereen is gelijk aan elkaar
Wapens zijn niet nodig
Oorlog is overbodig
Vrede is vrijheid
Zonder oorlog is er blijheid
en vrijheid
Vrede is voor ons allemaal
Oorlog is illegaal
Vrede is voor iedereen - Goos
Vrede is voor iedereen.
Dat wil iedereen graag.
In een groepje of alleen.
Dat is de bedoeling van vandaag.
Je hebt veel vrijheid, dus blijf uit de criminaliteit.
Behandel iedereen gelijk, ook al ben je arm of ben je rijk.
Blijf aardig tegen elkaar zijn. Dat is namelijk heel fijn.
Iedereen heeft rechten, dus stop met vechten.
Vrede voor mij is dat iedereen blij is.
Mijn belangrijkste boodschap is:
Behandel iedereen gelijk, wie je bent of hoe je eruitziet, want aan discriminatie doen we niet.
Vrede is spelen zonder te vechten - Frida en Nila
Vrede is spelen zonder te vechten, elkaar helpen en voor elkaar opkomen.
Vrede is lachen met je vrienden en niemand die je pijn doet.
Vrede is slapen zonder bang te zijn, geen bommen, geen oorlog en geen pijn.
Vrede is samen delen en niet alleen, niemand buitengesloten iedereen is één.
Dat is voor ons wat vrede echt is, een wereld vol liefde.
Als het er niet is, zorg dan dat het er weer komt.
Vrede is in vrijheid leven.
Vrede, dat is veilig spelen
Beste aanwezigen,
Vrede is in vrijheid leven.
Vrede is voor iedereen.
Vrede is goed, oorlog is fout.
Belangrijke zinnen uit de gedichten van Goos en Gijs, Frida en Nila en Caspar en Liam, die we allemaal ter harte kunnen nemen. Dank voor jullie voordracht. Ik hoorde ook de zin ‘Als het er niet is, zorg dan dat het er weer komt.’ En ik denk dat we die zin allemaal begrijpen. Niemand wil in oorlogstijd leven. Iedereen wil zonder angst voor bommen kunnen slapen, in vrede en vrijheid. Maar hoe zorg je daarvoor? En wat doe je als die vrede en vrijheid bedreigd worden?
Dat is precies de vraag waarmee Rotterdam op 14 mei 1940 geconfronteerd werd. Duitsland wilde Nederland veroveren en afdwingen dat ons leger zou stoppen met de verdediging van ons land.
Ze kozen Rotterdam als strategisch doelwit. Onze stad kreeg een ultimatum voorgelegd: ‘Geef u over of uw stad wordt vernietigd.’
Het ultimatum werd afgeleverd op Statenweg 147. Bij het hoofdkwartier van kolonel Scharroo, de commandant van de Nederlandse troepen in Rotterdam. Maar er stond geen naam of handtekening op de brief. Daarom vroeg de Nederlandse legerleiding om een nieuw, formeel ultimatum. Met naam, rang én handtekening van de Duitse generaal Schmidt. En dat kregen ze. Het gaf Nederland tot 10 voor half 5 de tijd om de wapens neer te leggen en zich over te geven.
Kolonel Scharroo en burgemeester Oud moesten een zware beslissing nemen: doorvechten of opgeven? Er volgde koortsachtig overleg met alle Nederlandse betrokkenen. Over de vorm en inhoud van het ultimatum. Over de opties die er waren. Over de gevolgen van die opties.
Maar, midden in die intense besprekingen verschenen de eerste bommenwerpers al boven de stad. En vanaf kwart over één, ruim drie uur voor het ultimatum afliep, gooiden zij hun vernietigende lading op het centrum van Rotterdam. Binnen 15 minuten was het over.
Een klein kwartier met grote gevolgen.
Gevolgen die we inmiddels goed kennen: honderden inwoners verloren hun leven en duizenden Rotterdammers verloren huis en haard, bedrijf en inventaris. Ons eeuwenoude stadshart ging voorgoed verloren.
Doorvechten of opgeven, wat een onmogelijke keuze voor beide heren. De vijand legt je geliefde stadshart in puin, veroorzaakt enorm groot menselijk leed. Natuurlijk wil je dat onrecht bestrijden, wil je jezelf, stad en land verdedigen tegen die vijandige agressie, ongeacht de consequenties. Aan de andere kant ben je verantwoordelijk voor de veiligheid van alle mannen, vrouwen en kinderen. Wil je geen eindeloze gevechten met vele doden en gewonden als gevolg. Wil je voorkomen dat andere steden dezelfde tragedie moeten doormaken.
Vandaag, 85 jaar na het bewuste ultimatum, herdenken wij de loodzware last die op de schouders van kolonel Scharroo en burgemeester Oud lag.
Hoe zij naar eer en geweten handelden, met de vrijheid en veiligheid van Rotterdammers, stad en land als moreel kompas. Hier aan Statenweg 147 werd het lot van Rotterdam besproken. Het lot van Nederland.
Hier werd besloten om te stoppen met vechten, om op te geven, te capituleren. Zodat steden als Utrecht en Den Haag gespaard bleven van eenzelfde verwoestend bombardement. Kolonel Scharroo en burgmeester Oud kozen relatieve vrede en veiligheid boven vrijheid en zelfstandig bestuur. Plaatsten levens boven strijd.
Tijdens een bezoek aan het Stadsarchief heb ik het ultimatum uit 1940 mogen zien. En zelfs na al die jaren blijft het enorm indrukwekkend om die woorden te lezen: ‘Geef u over of uw stad wordt vernietigd.’
De dreiging die daarvan uitgaat is bijna tastbaar, zelfs in vredestijd.
Laat staan in een tijd waarin je al dagenlang gevechten voert, waarin de Duitsers het Noordereiland al in handen hebben. Een tijd waarin je afhankelijk bent van beperkte communicatiemiddelen en inlichtingen. Waarin je keuzes moet maken op basis van gebrekkige informatie.
Wíj weten natuurlijk wat er daadwerkelijk na de capitulatie volgde: een tijd van haat en uitsluiting. Vijf oorlogsjaren vol dreiging, deportatie en moord. Met razzia’s, vervolgingen en hongersnood.
Dat wisten zij die 14e mei in 1940 niet.
Kolonel Scharroo en burgemeester Oud probeerden, onder grote tijdsdruk en op basis van het ultimatum en de feiten die zij kenden, de beste optie te kiezen voor alle Nederlanders. Zij moesten het belang van Nederland vooropzetten en hun eigen woede en verdriet loslaten. Capituleren terwijl de Rotterdamse binnenstad in een smeulende puinhoop veranderd was. Dat vergde grote moed, medemenselijkheid en kracht. Vandaag herdenken we hier, aan de Statenweg, dat moeilijke besluit.
Dat doen we samen, elk jaar opnieuw. Op 14 mei, de dag die zo bepalend was voor onze stad en voor Nederland. Met muziek en mooie gedichten, met kransleggingen en 2 minuten stilte.
14 mei 1940, een dag die Rotterdam nooit zal vergeten.
Tranen en pijn - Evi
Rotterdam, mijn woonplaats.
Het voelt hier zo fijn.
Maar toen was het anders.
Het was een dag vol met tranen en pijn.
Duizenden bommen vielen.
Zo fel en zo gauw.
Ik snap niet hoe dat kan.
Het voelt echt heel rauw.
Mensen probeerden te schuilen
en overal waren mensen aan het huilen.
De bommen bleven knallen.
Het voelde alsof Rotterdam was gevallen.
Maar tussen al die puinhoop,
bleef het Stadhuis nog staan.
Het was een teken van moed.
Een teken dat we verder moesten gaan.
Beetje bij beetje bouwden we onze stad weer op.
Al voelden wij in ons hart nog niet helemaal top.
De herinneringen en pijn zullen altijd blijven leven.
Maar ik hoop dat, ondanks alle verdriet, wij ook kunnen vergeven.
De pijnlijkste dag - Hilel
Het alarm, de pijn.
Schuilend, huilend, wachtend.
Hoop, datgene wat de mensen overeind hield.
De vlammen brandden alles weg,
ook de zielen van de mensen
Na het helse geluid, pijnlijke stilte
Niemand weet hoe erg het is.
Waar is papa?
ik heb hem al dagen niet gezien
Mijn stad, mijn plek.
Mijn mooie rotterdam, niet meer hier
We beginnen opnieuw
Samen proberen wij het weer
We houden vast aan elkaar.
Onze tranen, onze kracht
Rotterdam, nu in pracht en praal.
Maar we moeten niet vergeten
dat er mensen voor onze vrijheid hebben gestreden
De speciale stad - Finn
Toen de horizon voor de zon gleed
Hoorde je de eerste kreet
14 mei 1940 stond Rotterdam in brand
Geen stad, geen muur, geen wand
Meer dan 800 overleden
Voor geen ene reden
15 minuten lang
Rotterdam nooit eerder zo bang
Het lijkt wel een miljoen jaar geleden
Dat ze hier hebben gestreden
In al dat brand hebben ze niet opgegeven
Wij staan hier omdat ze zijn gebleven
Onder al dat as
Een stad gebouwd met het allermooiste gras
Nu leven we in een moderne stad
Rotterdam, de mooiste schat
Ik herdenk deze stad met mijn gedicht
Het is alsof de stad verlicht
Rotterdam staat in licht met de brandgrens
Nog mooier dan de landsgrens
Rotterdam de speciale stad
de allermooiste schat
Geachte aanwezigen,
Vandaag zijn we hier samen op dit bijzondere plein - Plein 1940 - om stil te staan bij het leed dat Rotterdam op 14 mei 1940 trof. Het bombardement dat op deze dag het centrum in puin legde, eiste niet alleen levens, maar bracht ook een stil leed met zich mee dat lange tijd onbenoembaar bleef. Leed dat voortleefde in de harten en hoofden van overlevenden, nabestaanden en nakomelingen, maar dat vaak in stilte werd gedragen.
Niet alleen op 14 mei, maar ook op 12 mei, twee dagen eerder, werden Rotterdammers getroffen door het geweld van de aanzwellende oorlog. Het bombardement op de Marinierskazerne aan het Oostplein, maar ook de aanvallen op de spoorwegstations Delftsche Poort, Beurs en Maasstation, kostten niet alleen militairen het leven, maar ook vele burgers. Rotterdammers die gewoon hun dagelijks leven leefden, hun werk deden, hun gezinnen verzorgden, werden plotseling getroffen door een oorlog waartegen ze zich niet konden verweren. Zij, evenals alle slachtoffers van 14 mei, verdienen onze herinnering, onze eer en onze dankbaarheid.
Het verlies was groot. Het ging niet alleen om gebouwen die werden verwoest, maar om mensen, geliefden en gezinnen die hun dierbaren verloren. En het was niet alleen het fysieke verlies dat zwaar woog; het was ook de psychologische tol die het bombardement eiste. Veel Rotterdammers voelden zich verloren, vaak zonder de ruimte om over hun pijn te praten.
Er werd weinig gesproken over de diepe, onzichtbare littekens die werden achtergelaten: de angsten, de nachtmerries, het verlies van veiligheid en de abrupte afkapping van de toekomst.
Na de verwoestingen van 14 mei moest Rotterdam door. De stad werd opnieuw opgebouwd. De huizen, straten, het dagelijkse leven: alles kreeg opnieuw vorm. Maar de persoonlijke pijn – de trauma’s, de stille rouw – bleef vaak onbenoembaar. Het was een tijd waarin Rotterdammers vooral moesten doorgaan. Een dwingende tijd waarin de nadruk lag op herstel. Op het weer opbouwen van wat verloren was gegaan in de vlammenzee. Maar de pijn van die oorlog – de helse leegte die het achterliet - bleef in de stad hangen en klampte zich vast aan de mensen zelf. Vaak verborgen in verdrietige stilte.
Vandaag staan we ook stil bij de onzichtbare pijn. Pijn die werd gevoeld, maar vaak niet werd uitgesproken of gehoord. Er werd te weinig gesproken over de diepe invloed die de oorlog had op de levens van de mensen die het bombardement overleefden. En dat is waarom initiatieven zoals De Namen van 14 Mei zo belangrijk zijn. Wellicht heeft u de namen en gezichten al geprojecteerd gezien in de hal van Centraal Station, bij Ahoy of de Westersingel. Dit initiatief helpt ons om de mens achter de gebeurtenis te zien. De slachtoffers krijgen zo weer een gezicht. En dankzij dat gezicht staan we in deze tijd weer oog in oog met mensen wier levens werden verwoest. Wier dromen en wensen ten onder gingen samen met het stadshart. Het doet ons weer realiseren dat achter alle getallen echte mensen schuilgaan. Echte Rotterdammers die het wrange lot van de oorlog met het leven moesten bekopen.
De Namen van 14 Mei geeft een gezicht aan de slachtoffers, een naam aan degene die we misschien anders zouden vergeten. Het herinnert ons eraan dat het niet alleen om de verwoeste stad ging, maar om de mensen die daar woonden, leefden en droomden van een betere toekomst. Het stelt ons in staat om die herinnering levend te houden, de verhalen van de mensen die het zwaarst getroffen werden, te eren en niet te laten verdwijnen in de vergetelheid.
Het is van groot belang dat we de namen blijven noemen. Dat we de verhalen blijven vertellen. Want alleen als we die verhalen blijven doorgeven, kunnen we de pijn van de oorlog niet alleen begrijpen, maar ook de veerkracht begrijpen die eruit voortkwam. Rotterdam herbouwde niet alleen haar straten en huizen, maar ook haar ziel. En die veerkracht was – en is – te danken aan de mensen die, ondanks alles, met elkaar verder gingen. Rotterdammers die elkaar steun gaven. Die elkaar hielpen om de stad opnieuw op te bouwen. Dat was en is de kracht van Rotterdam.
Op deze herdenkingsdag willen we niet alleen de verwoesting van 14 mei gedenken, maar ook de mensen die het moesten meemaken. Laten we de namen niet vergeten, de mensen achter de geschiedenis. Laten we ze eren door hun verhalen door te geven, door stil te staan bij hun verdriet, maar ook bij de ongelooflijke kracht die ze hebben getoond in tijden van onbeschrijflijk leed.
Dit beeld - De verwoeste stad van Zadkine - herinnert ons aan alles wat verloren ging, maar ook aan alles wat weer opgebouwd werd. Het is een symbolische herinnering aan de pijn en het verlies, maar ook aan de moed en veerkracht van de mensen die het overleefden.
Laten we vandaag ook die kracht eren die door de stad heen blijft kloppen, jaar na jaar. Generatie na generatie.
Dank u wel.